Je had me al gespot. Mijn derde bezoek. Je hield me vanuit de verte argwanend in de gaten.
Ergens heb ik medelijden met je. Vreemde ogen die je zo nerveus maken. Nieuwe dingen leren terwijl het al zo druk is in je hoofd. Eigenlijk wil je alleen maar rust.
Maar rust betekent ook dat je niet veilig bent. Deze wereld is namelijk niet de jouwe. Maar die van mensen. Deze wereld kun jij niet overzien. Je weet niet dat jouw paniek ongelukken kan veroorzaken. Je weet niet dat je jezelf kunt beschadigen. Je weet niet dat jouw angst betekent dat we je niet kunnen helpen als dat ooit heel hard nodig is.
Daarom laten we je niet met rust.
Maar je krijgt wel tijd. En de ruimte. En we blijven zoeken naar mogelijkheden om met je te communiceren. Communicatie die bij je past. Zonder dwang of grote beperkingen.
Want we kennen ook je andere kant. De kant die onder dwang alles gelaten toelaat. Die zich afsluit. Die je mechanisch laat overleven. En die kant is gevaarlijk. Die lijkt bruikbaar maar barst ineens open als een vulkaan.
Vandaag stond in teken van je tweestrijd. Je wilt wel en je wilt niet. Je wilt wel en je wilt niet. Je wilt wel en je wilt niet. 🙂
Ik zei gekscherend tegen je baas dat je een gezicht hebt. En dat gezicht heeft vele uitdrukkingen. Je baas beaamt dat. Ze volgt ons werk samen en ziet wat er in je omgaat. Ze leest je als geen ander.
Ze ziet de strijd die je met jezelf voert.
Bij jou werken alle standaardtechnieken niet. Er is al zoveel druk op je uitgeoefend. In een split second vlucht je, ongeacht de grootte van de vraag.
Maar vandaag. Vandaag heb je een grote stap gemaakt. Ik heb je vragen gesteld en je bleef minder lang in tweestrijd. Je nieuwsgierigheid won het af en toe van je wantrouwen. Kleine stappen. Maar wel stappen vooruit.
Vandaag zag je mij pas echt en ik jou pas echt. Vandaag verbaasde je jezelf en heb je mijn neus vol met zand geduwd. Het knarst nog tussen mijn tanden.😉 En vandaag ben je 3 meter schouder aan schouder met me meegelopen.
Ik weet het, het lijkt niks. 😉
Maar ik kan je niet beschrijven hoe fijn het was dat ik even heb gezien wie jij bent.
Wordt vervolgd!
Lieve groet,
Monya
Ps. Deel 24 van mijn dagboek beschrijft onze eerste ontmoeting.